Iedereen heeft een mening over kickbokser Badr Hari. En ook al wil je je eigenlijk helemaal niet met het geval Hari bezighouden: hij komt je vanuit alle media overweldigend onontkoombaar tegemoet.
Door zijn gigantische stommiteit om zich niet aan de voorwaarden bij de voorlopige vrijlating te houden – hij zou contact gehad hebben met twee getuigen en toch in een horecazaak geweest zijn, waarna hij een paar dagen geleden weer in hechtenis is genomen – voel ik me genoopt terug te komen op mijn blog van deze zomer, 27 juli 2012, waarin ik enthousiast schreef over zijn fraaie uitspraak: "Spijt is verstand dat te laat komt".
Ik vond het een Ethica-waardige wijze uitspraak. Ik vind dat nog steeds, maar nu geclausuleerd.
Nu Badr weer in de bajes zit, wat kennelijk niet voorkomen had kunnen worden – want niets had anders kunnen zijn dat het is – moet ik vrezen dat in zijn geval verstand iets is dat misschien wel nooit komt of ‘structureel’ altijd te laat komt.
En zo voel ik mij genoopt een vervolg op dat blog te schrijven en te constareren:
Het is dus mogelijk dat een onverstandig iemand een zeer wijze uitspraak doet.
Maar aan wijsheid die te vroeg komt heb je niets.
Je loopt dan de kans almaar in spijt en berouw te moeten leven
En of aan een wijsheid die maar als een enkele kickboksslag in de lucht hangt en die niet geometrisch in een heel netwerk ingebed zit, een Spinoza-blogger en zijn volgers ook maar íets hebben, is toch ook zeer de vraag.