De scheikundige en filosoof die jarenlang
verantwoordelijk was voor het Utrechtse Studium Generale, André
Klukhuhn, wiens boek dat in 2008 verscheen, Alle mensen heten Janus,
ik in een lang blog dat helaas verloren is gegaan (getiteld
“Een Hegel voor onze tijd”) waarderend besprak, spoorde ik aan Spinoza in zijn werk te betrekken
[cf. blog]. Dat beloofde hij te doen en hij hield woord, zoals
bleek toen in 2013 een volledig herziene versie van
zijn grote levenswerk uit 2003 bij Bert Bakker verscheen: De Algehele geschiedenis van het
denken. Of het verbond tussen filosofie, wetenschap, kunst en godsdienst [cf. blog]. Daarin kwam nu Spinoza uitvoerig aan de orde.
Inmiddels verscheen van zijn hand een nieuw boek, waarin weer
uitgebreid Spinoza aan bod komt, maar ook Koerbagh en vele anderen, wetenschappers en schilders uit de 17e eeuw. Als ik de
bespreking van Carel Peeters lees die vandaag in Vrij Nederland verscheen, lijkt het alsof zijn boek voor
een deel een navertelling is van de trilogie van Jonathan Israel.
André Klukhuhn, Licht. De
Nederlandse Republiek als bakermat van de Verlichting. De Bezige Bij, 2016
– 256 pagina's