Lambert van Velthuysen (1622–1685)
en Spinoza hebben, zoals bekend, met elkaar gecorrespondeerd. Aangenomen wordt
dat ze elkaar ook hebben ontmoet en uitgebreid gesproken tijdens het bezoek dat
Spinoza in 1673 aan Utrecht bracht – en dat ze zelfs bevriend raakten. Van
Velthuysen was een bekend filosoof, aanhanger van Descartes en ook van Hobes
en was tot 1672 een Utrechts Bestuurder.
Die correspondentie ging, wat
Spinoza betreft, vooral over de beschuldiging van Van Velhuysen dat hij een
atheïst zou zijn [zie dit blog]. Van Velhuysen's Brief over de beginselen van rechtvaardigheid en
fatsoen van 1651 zou zowel de eerste gepubliceerde reactie op Hobbes's politieke filosofie geweest
zijn, als de eerste poging van een
Nederlands filosoof om – mede op basis van Hobbes – een cartesiaanse 'morele
filosofie' te bieden (iets dat Descartes zelf had nagelaten, of
waar hij niet aan was toegekomen).
Deze Epistolica Dissertatio de Principiis Justi
et Decori, continens Apologiam pro tractatu Clarissimi Hobbaei, De Cive, [1651]
is deze maand in Engelse vertaling uitgebracht door Brill:
[Afbeelding van titelpagina van Flickr]