Karl-Anton Nowotny (1904 – 1978) zocht Spinozahuis op de ‘Langen Bogert’ in Schiedam

0
362

Deze Oostenrijkse etnograaf en kunsthistoricus, die vooral bekend werd om zijn studies naar de Midden-Amerikaanse culturen, heruitgaven van codices en analyses van iconografie en symbolisme in deze culturen, had in Wenen antropologie, kunstgeschiedenis en ook filosofie gestudeerd. Na de Tweede Wereldoorlog verwierf hij een assistent-functie aan het Volkenkundig Museum in Wenen en bracht het daarna tot een leidende positie in de afdeling voor Midden- en Zuid-Amerika. Nadat hij in 1954 zijn Habilitation Thesis geschreven had, gaf hij les aan de universiteit en in 1964 verwierf hij een interim-hoogleraarschap aan de afdeling Antropologie en Afrikastudies in Mainz en het jaar erna werd hij hoogleraar aan de Universiteit in Wenen in antropologie en oude Amerikaanse culturen. Hij deed intensief studie naar de oude Mexicaanse culturen en hun documenten, en deed onderzoek naar diverse etnische groepen in Noord- en Midden-Amerika, op welk terrein hij een groot expert werd. In 1977 keerde hij terug naar Wenen, waar hij in 1978 overleed.

Wat waarschijnlijk niemand weet, wat je nergens tegenkomt, bijvoorbeeld ook niet in het “In memoriam Karl Anton Nowotny” van de hand van Ulrich Köhler [in: Zeitschrift für Ethnologie, Bd. 104, H. 1 (1979), pp. 7-11], is dat Karl A. Nowotny belangstelling had in Spinoza. En niet zo’n beetje, maar zo sterk dat hij op onderzoek uitging. Daar kwam ik achter doordat ik een artikel ontving dat Aad J. van der Tang in Scyedam schreef, het blad van de Historische Vereniging Schiedam, waarvan hij van 1979 – 1985 redacteur, en van 1987 – 1994 voorzitter was [“Spinoza en Schiedam.” In: Scyedam, Jaargang 10, nr. 5, 1980]. De tekst van dat artikel (dus zonder afbeeldingen) kreeg Rikus Koops toegestuurd nadat hij n.a.v. een reactie op een blog hier, navraag was gaan doen in Schiedam naar “de Langen Bogert”. Dat artikel geeft later wellicht nog gelegenheid om nog eens uitgebreider op terug te komen. Nu citeer ik graag uit het begin van dat artikel het deel dat gaat over deze Nowotny aan wie ik om die reden dit blog wijd. Wat volgt is dus een stukje uit dat artikel van Aad van der Tang. [Toevoeging 24 juni 2014: inmiddels is dit stuk opgenomen op de website Oud Schiedam, cf.]