Hoe kreeg Henri, Comte de Boulainvilliers (1658–1722) zo’n interesse in Spinoza?

0
539

Gisteren herlas ik het hoofdstuk
over Boulainvilliers in Jonathan Israels Radicale Verlichting
[in een eerder
blog
vatte ik dit hoofdstuk samen] en weer was ik onder de indruk
van het feit dat deze verdediger van de adel zo gefascineerd raakte
door Spinoza en zich gaandeweg almaar meer tot Spinozist ontplooide.
Hij begon met het lezen, eerst over Spinoza (bij Bayle e.a.) en later van het werk zelf van Spinoza, met aanvankelijk de opzet om een refutatie te schrijven, maar geleidelijk
aan ontwikkelde hij zich tot een Spinozist. Hoe is dat te verklaren?
Ik ging nog eens op zoek op internet in de hoop in het Engels of wie
weet zelfs het Nederlands een monografie over hem te vinden (vond ik
niet). Wel ontdekte ik nu dat zijn verzamelde werk gedeeltelijk via
books.google is in te zien (zie hieronder).

Het is toch tamelijk opmerkelijk
dat een nogal reactionaire verdediger van en voorstander van de
weeropleving van de adellijke inbreng in het bestuur zo'n verbreider
werd van het Spinozistische gedachtegoed. Ik vroeg mij af – las daar
nergens over [niet bij Israel en niet in de inleiding van Renée
Simon] – of niet juist Spinoza's Politieke Traktaat hem zeer
zal hebben aangestaan en hij misschien langs die weg Spinoza leerde
waarderen? In 1704 kocht hij de Opera Posthuma, waarop iemand
hem gewezen had daar hij op zoek was naar een Hebreeuwse grammatica.
Hij begon meteen het hele boek te lezen [Un séjour à la campagne
lui donna le loisir de lire tout l'ouvrage
, schrijft Renée
Simon, cf.].
Zal hij toen niet met grote instemming kennis hebben genomen van de
Tractatus Politicus?