Vandaag heeft De Pers een artikel over de vijfde kandidaat op de lijst van de PVV voor de komende parlementsverkiezingen, Gidi Markuszower (32). Hij zou Internationaal en Privaat Recht en Internationaal terrorisme hebben gestudeerd en eind maart als kerkeraadslid van de Nederlands-Israëlitische Hoofdsynagoge (NIHS) in Amsterdam een voorstel hebben ingediend om joden die het omstreden Goldstone-rapport (over de Gaza-oorlog) verdedigen, te bestraffen met een religieuze ban. Voor de rest verwijs ik naar dat artikel, waarin een aantal onsmakelijke details te lezen zijn.
Mij gaat het om de volgende passage die in het stuk voorkomt: “Het laatste bekende voorbeeld in Nederland is de cherem die in 1656 tegen de filosoof Baruch Spinoza werd uitgesproken vanwege zijn ‘afschuwelijke ketterijen’.”Het lijkt te lezen alsof de over Spinoza uitgesproken ban de laatste was, maar dat was niet zo: er volgden er later die eeuw nog andere. Bedoeld zal zijn dat het accent op ‘bekende’ wordt gelezen. Spinoza had de twijfelachtige eer de bekendste onder de met een cherem vervloekten en uitgestotenen te zijn. Zoals Anna Göldi, de laatste ter dood gebrachte heks was (Zwitserland, 1782)
Enfin, zo is Spinoza indirect in verband gebracht met de PVV.