Na de blogs over “Antoon Vloemans (1898 – 1982) schreef
indrukwekkend boek over Spinoza,” I inleiding, II Recensies en III beoordeling, vervolg ik hier mijn eigen leeservaring
die ik al begonnen was met in reactie op een citaat uit Krop te schrijven:
Die laatste geeft precies weer waarom ik Vloemans boek zo
boeiend vond: hij haalt er steeds flinke delen van de geschiedenis van de
filosofie bij om te laten zien wat Spinoza doet. Op veel plaatsen laat hij zien
dat Spinoza erg geïnspireerd moet zijn geweest door het neo-platonisme (met
uiteraard kritiek), en zich eveneens veel liet inspireren door de stoïci. Hij
had kritiek op hun benadering, vond dat ze te ver gingen in het menen jezelf
met je wil te kunnen sturen, maar dat mag niet uit het oog doen verliezen
hoeveel hij met hun benadering meeging.
Vloemans schrijft vloeiend, maar soms is hij nogal uitvoerig,
bijvoorbeeld over de geschiedenis van de Spaanse joden, waarvoor hij, goed geïnformeerd, soms ver terug in de tijd teruggaat. Af en toe komt hij met een fraaie
zin, zoals
“Het Tractaat schonk
hij aan de tijd, de Ethica aan de eeuwigheid.”