Albert Heijn en Victor Borge, via van Beethoven en Liszt.

0
471
Ieder zijn stijl is niet stijlloos!

Ik sta bij de vleeswaren te wachten op mijn beurt. Als het zover is hoor ik een van de dames
>Wat mag het wezen?<
Oh jeh! Kennelijk ingeburgerd bij een stadgenoot!
Het knappe gezichtje met duidelijk anatolische trekken kijkt me vol verwachting aan.
Gelukkig, denk ik, heb ik nog geen reuma! Dus kan ik het pakje vleeswaren aanwijzen.
>Deze daar, graag!< Haar mooie donkere ogen lichten duidelijk even op. >Weer zo een<!
De gedachte houdt een glimlach tegen.

Maar wat kan ik er aan doen ? Mijn vader (z.g.) verkocht vroeger stofjes en damesondergoed. Van vleeswaren heb ik geen verstand. Maar zo krijg ik toch wat ik hebben wil. Plus dat ik een lief A.H.-vrouwtje nog een ogenblik kon vermaken!

Het is zondagmiddag en ik heb geluk. Sinds de Mozart-herdenking, waarbij ik via de tv kon kennismaken met Lang-Lang en zijn prestatie, ben ik van deze »jongen« zeer onder de indruk. Nadien ga je dan op zoek en treft je hem, of op de radio, of op de tv (ja, dat zeg je zo in Nederland!) en je ontdekt steeds meer. Is het nu zijn oost-aziatische »invalshoek« of heeft op die leeftijd al echt een eigen stijl ontwikkeld?
Er zijn gelukkig al een massa jonge en goede pianisten. Alleen al Koningin Elisabeth doet er iedere drie jaar al een schepje bovenop. En die moeten toch allemaal hun weg kunnen vinden.

Niet iedere generatie kan zich een »uitstapje« veroorloven, zoals destijds die komische Deen, Victor Borge. Of, maar dan in plaats van achter het glanzend lak van de vleugel het glanzend metaal van de tuba van Mister Gerald Hoffnung.
 
Wanneer je dan je luisteraars een wat eigener versie kunt aanbieden van van Beethoven 4, dan vindt ik dat voor een echt klasse-pianist, jong en chinees of niet, een prestatie, die MIJ aangenaam in de oren klonk.
En dan de toegift. Helaas, maar dan moet ik maar niet zo nieuwsgierig zijn! Dat is een »stuk«, dat ik bijna na ieder optreden van hem hoorde. Ik was dus niet verbaasd. Rotterdam mag toch ook mee-genieten ?
Maar, dan blijkt, dat er geen uitzondering gemaakt wordt. Zoals al eerder vertoond (!) hebben sommige pianisten een »lievelingsstuk«, dat ze graag overal ten gehore willen brengen. Met het bekende risico van dien. Er gaat wel eens iets mis. Maar wie let er daarom op in het mitrailleurvuur van het spel en hitte van het »gevecht«?

Je kunt toch zo’n jongeman, die uit een totaal ander cultuur komt, niet kwalijk nemen, dat beide uitgevoerde werken niet in een adem gespeeld behoren te worden ?

 
Misschien dat Vriend Gergiev hem dat nog wel eens vertelt ?
 
Ik had ook het commentaar van de radio-mensen afgewacht. Zal best in het kader van de musicologische wetenschap en het radiogebeuren een waardevolle bijdrage geweest zijn.
Maar ze wisten kennelijk niet, dat die toegift zijn – tot-nog-toe- paradepaardje is. En de combinatie van van Beethoven en DEZE Liszt werd door mijnheer Shuffle en Mijnheer Bulldozer aardig onder de aarde gewerkt.
 
Nogmaals ik heb er echt van genoten. Jammer dat ik geen teepjes meer bij de hand heb, ik had het graag opgenomen.