Vlindertuindag.

0
869


Met een beker verse koffie in de hand loop ik door de zondagochtend
tuin. Heerlijk rustig en de houtduiven (Columba palumbus) bekijken vanaf de
moerbeien de tuin. Als alles veilig is landen ze op de drinkbak of gaan ze
voedsel zoeken op het gazon.

Het is een grote duif met een spanwijdte van rond
de 70 centimeter die in verhouding een kleine kop heeft. Het meest opvallende
kenmerk is de witte vlek aan de zijkanten van de hals. Door dit opvallende
kenmerk is hij gemakkelijk te onderscheiden van andere soorten duiven. De
vleugels hebben een witte band die tijdens het vliegen goed zichtbaar is. Zijn
kop is grijspaars en zijn borst en bovenste delen zijn grijs. De snavel is kort
en geel met een rode basis. De poten zijn roze en kort. Er stopt een auto voor
de deur. Het bezoek is gearriveerd en is het met de rust gedaan! Overal
fladderen blaffende vlinder(honden) door de achtertuin. Het is een vrolijke
hereniging maar de houtduiven zien dat niet zo zitten en vertrekken naar
rustigere oorden.

De hondjes gaan volledig op in het tuinballenspel. We zitten
op het terras en genieten volle teugen van het wonderlijke schouwspel als de
hondjes met elkaar spelen. De vink (Fringilla coelebs) zat ook eerst in de
achtertuin te zingen maar vlucht toch maar even naar de zijtuin.

Het mannetje is nu op zijn mooist in
broedkleed een blauwgrijs petje, dat doorloopt dat in de nek. De wangen en de
borst zijn diep oranje van kleur, de bovenrug in bruin en de veren zijn
grotendeels zwart met twee witte vleugelstrepen. De staartveren zijn zwart,
behalve de buitenste staartpennen. Deze zijn wit van kleur. Ondanks zijn
verjaging in de achtertuin laat de vink toch zijn heftig, melodieus
"tsitsitsitsitsitsitsi-tjoe-ie-ò" liedje horen.  Het liedje duurt maximaal 5 seconden en wordt
makkelijk 10 keer per minuut herhaald. In Vlaanderen wordt de vink door zijn
liedje ook wel "suskewiet" genoemd. Regelmatig vliegt "mijn"
Merel (Turdus merula) met het witte schoudervleugelveertje over de achtertuin.

Deze heeft op het met klimroos en klimop begroeide fietsschuurtje een nest met
jongen verstopt. Als het mannetje naar de zijtuin vliegt kunnen de hondjes
zich soms niet bedwingen en fladderen hem achterna maar worden door het extra hekje
tegengehouden.

Het mannetje voelt zich hier in de veiligheidszone op zijn gemak
en laat zich niet van zijn stuk brengen door de vlinderdrukte. Met zijn kop
heeft hij in de voerpot met meelwormen gezeten want de hongerige mereljongen
moeten gevoerd worden. Inmiddels is na het middag eten het badje voor de
vlinderhonden gevuld en dat geeft aan de toeschouwers veel spetterend vermaak!

Maar aan elke mooie dag
komt een einde. Na het avond eten zwaaien we iedereen uit en onze hondjes
zoeken hun nest op en dan heerst er een ongekende rust. De volgende ochtend kijk ik tijdens
het koffie zetten door het keukenraam de achtertuin in en zie ineens een koppel
groenlingen (Carduelis chloris). Ik moet nog even beter
kijken en zie er nog een koppel groenlingen aanvliegen. Tijd om het fototoestel
te pakken. Wat ze hier moeten wordt ineens duidelijk. De vrouwen zijn druk aan het shoppen van
hondenharen voor hun liefdesnestje. De mannetjes staan, aan de zijlijn, dit een beetje ongeïnteresseerd te bekijken. Wachtend op serieuzere zaken.

Als
de "snorren" van vlinderhaar goed zijn gegroeid vliegen de koppels
afzonderlijk richting de coniferen in de tuin van de buurman. Zo zie je maar
dat een tijdelijke verstoring  in de tuin
ook positieve kanten zitten. Naast veel kijkplezier zijn er door het
hondentumult ook heel wat haartjes verloren die nu goed van pas komen voor de
nestbouwende vogels. Ik verheug me alweer op de volgende vlindertuindag.