Otto Ernst Schmidt (later noemde hij zich alleen nog Otto Ernst) werd geboren als zoon van een sigarenmakersfamilie en groeide in armelijke omstandigheden op. Zijn onderwijzers herkenden zijn leergierigheid en talenten en stimuleerden hem door te leren, waardoor hij zichzelf kon opwerken tot het onderwijzersberoep. In 1883 werd hij leerkracht aan diverse Hamburgse scholen. In 1887 huwde hij zijn collega Helmy Scharge met wie hij vijf kinderen kreeg. In 1891 stichtte hij de Hamburgse "Literarische Gesellschaft" en in 1893 gaf hij samen met Leo Berg en Constantin Brunner het literatuurkritische tijdschrift “Der Zuschauer” uit. Naast zijn leraarschap schreef hij en trad hij op als voordrachtskunstenaar. In 1901 durfde hij het aan alleen nog van de kunst te leven. Hij stierf op 63-jarige leeftijd.
Zijn autobiografische »Asmus-Semper«-trilogie zou gelden als een goede weergave van het leven in het Ottensen van eind 19e eeuw. Het eerste deel, „Asmus Sempers Jugendland. Roman einer Kindheit“ verscheen in 1904, in 1908 volgde „Semper der Jüngling“ en in 1916 „Semper der Mann. Eine Künstler- und Kämpfergeschichte.” [van wiki]
Volgens Jethro Bithell, (Modern German Literature 1880-1950) gaf hij ermee de aanstoot tot een wederopleving van de Bildungsroman. Het gaat over een held die zich uit de arbeidersklasse opwerkt tot een onderwijzer, een beroep dat in die tijd geassocieerd werd met cultuur en invloed. [hier]