Tot heden heb ik het schrijven van een blog over de Duitse Spinoza-geleerde Carl Gebhardt uitgesteld. Ik wilde eerst meer over hem te weten komen. Wat ik tot heden over hem las, laat een enigszins aparte, eigenzinnige man zien van wie ik mij afvraag in hoeverre zijn grote interesse in en kennis van de gnostiek zijn kijk op Spinoza mogelijk in de weg zat. Maar over dat alles hoop ik ooit nog eens te schrijven.
In dit en een volgend blog loop ik daarop vooruit door het te hebben over een heel merkwaardig boekje van zijn hand: Spinoza, Von den festen und ewigen Dingen. Uebertragen und eingeleitet von Carl Gebhardt. Het verscheen bij dezelfde uitgever, Carl Winter te Heidelberg, en in hetzelfde jaar, 1925, als zijn grote vierdelige uitgave van de werken van Spinoza in het Latijn en (KV) het Nederlands. Deze Spinoza opera [Im Auftrag der Heidelberger Akademie der Wissenschaften hrsg. von Carl Gebhardt], werd dé opvolger van het werk van Van Vloten en Land dat weer de opvolger was van de uitgave van C.H. Bruder, en jarenlang (en nog wel) gebruikt en geciteerd als hét standaardwerk van de werken van Spinoza.