Heeft alles een tweede gezicht ?

0
395

Mijn liefste vriendin is vegetariër (m/v). Ja, zo’n gewone. Niet een, die haar voeten verpest met plastic schoenen en ook op haar overigens vleesvrije bami wel een gebakken ei (op niks) eet. Nee, dus gewoon, geen vlees. Of als het niet anders kan…. dan…. !
Ze probeert me soms over te halen en geeft proeven van hoe lekker het kan zijn bij die gelegenheden, dat ze wel eens voor mij kookte. Maar dat beperkte zich tot salades en daar kun je alle kanten mee uit. De reden waarom zij voor een vegetarisch bestaan heeft gekozen heeft ze me nooit verteld, maar ik weet het wel.

Vegetarisme is een levensovertuiging, die, zoals enkele andere, kan bijdragen het menselijk bestaan meer levenswaardiger te maken. Mensen worden dit niet zo maar – ze hebben er dus een of meer redenen voor – en zijn zo ook bereid de consequenties van deze keuze te dragen.

In haar geval blijft het daar dan ook niet bij. Zij is ook Esperantiste. Dit gaat ook veel verder dan alleen maar een taal leren. En zij is, als arts, als anti-kapitaliste en wonend in een land, waar roken nog tot de »bon-ton« hoort, er van overtuigd, dat na terrorisme en oorlogen tabak het meest bijdraagt aan de verkorting van de levensduur van mens en dier. En in de laatste twee gevallen heeft ze aan mij een medestander. Ergens moet een goede vriendschap toch aan ontleend zijn, nietwaar?
 
Maar ik had het over haar vegetarische eigenschap. Die dan ook net als de andere vermelde inzichten, misschien ook wel een »tweede gezicht« heeft. Zoals bijvoorbeeld bij onze gemeenschappelijke denkrichntingen de economische kant van die zaken. Oorlog en tabak zouden allang verdwenen zijn als er niet duizenden een goede boterham mee verdienden.

Het tweede gezicht van de opvattingen van vegetariërs werd me onlangs duidelijk.
Ze stuurde mij – en een hoop andere aan haar bekende vegetariërs – een modern digitaal filmpje. Opgenomen in het Krugerpark in Zuid Afrika. Daar werd een reisgezelschap getuige van een natuur-fenomeen. En groepje (familie) leeuwen, die op een plekje ligt te rusten wordt niet opgemerkt door een kudde waterbuffels. De voorpost ervan, die in beeld komt heeft een jong dier bij zich. Ja, wanneer je je zo presenteert, dan is het logisch, dat de leeuwenfamilie in de benen komt. En die, gemakzuchtig als ze zijn, pakt het jonge dier. Dan zijn ze ook nog zo dom om het in de richting van een rivier te slepen, waar zich direct een paar krokodillen aanmelden voor het diner. Maar de leeuwen overwinnen. Het feestmaal is nog maar net begonnen of de film laat zien, dat er een enorme kudde waterbuffels aan komt daveren, maar wel met de nodige voorzichtigheid. Het resultaat is, dat de leeuwenfamilie min of meer in de pan gehakt worden, zonder dat die op het vuur van de waterbuffels terecht komen.
En dan gebeurt, wat kan worden voorzien.
Mijn vriendin concludeert >> Zie je wel ! De vegetarische buffels overwinnen (altijd) de vleesetende (dieren) leeuwen<< !

 
Ik heb het filmpje goed bekeken. Het was werkelijk een spectaculair schouwspel.
Maar wanneer ik dan zie, dat een paar honderd waterbuffels de moed vinden wraak te nemen op zes, zeven leeuwen – waaronder ook jonge – dan denk ik
>>Hé, hé, wat zijn we toch dapper als vegetariër ! Dan overwint toch het aantal en niet de manier van voedsel-tot- je-nemen ? En moet dat dan de manier van reclame-maken zijn, voor iets, dat toch wel iets meer aan positiefs te bieden heeft ?
Maar….. gaat het dikwijls op andere gebieden niet op de zelfde manier?
Wat te denken van een sprekende hond, die een aantal vakmensen moet overtuigen van een bepaalde verzekering? Dat doe je toch geen hond aan, laat staan iemand die een verzekering zoekt. En wie is hier nu het meest zot, de verzekeringsmaatschappij of het reclamebureau?