Hier heb ik weer een auteur over
Spinoza te pakken over wie verder niets te vinden is, behalve dan dat
hij schreef:
Die Weltanschauung Spinozas.
1. Bd. Spinozas Lehre von Gott, von der menschlichen Erkenntnis und
von dem Wesen der Dinge. Engelmann, 1907 – cf. archive.org
Uit de titelpagina ervan blijkt
dat hij gedoctoreerd was in de filosofie.
Volgens de Duitse Spinoza-Bibliografie schreef hij ook het artikel:
"Zur Textkritik von Spinozas Tractatus de intellectus." In: Zeitschrift für Philosophie und philosophische Kritik 134 (1909), 211 ff.
Bij Hathitrust wordt nog
deze titel van hem vermeld: Der Todeskampf des altsprachlichen
Gymnasial-Unterrichts. Eine pathologische Studie von Dr. Alfred
Wenzel … [Cf.]
En zoals het met boeken van voor 1923 gaat: daar ze rechtenvrij
herdrukt kunnen worden, krijg je allerlei aanbod te zien.
In het inleidend hoofdstuk
beschrijft Wenzel hoe hij door een ziekte geveld, de Spinoza-studie
weer oppakte; ik verwijs verder hierover naar een recensie die ik
hieronder overneem.
In dat inleidende hoofdstuk
beschrijft hij Spinoza's betekenis op een wijze en met nadruk op
diens jood-zijn, zoals die na het nationaal-socialisme auteurs toch
niet meer uit de pen komt: