Arnold Janssen werd in 1975 werd door paus Paulus VI zalig verklaard en in 2003 werd deze missionaris door Paus Johannes Paulus II heilig verklaard. Arnold Janssen geboren in het Duitse plaatsje Goch in 1837- 1906 was een priester, missionaris en oprichter van drie congregaties die gemeenzaam bekend zijn als Missionarissen van het bijzondere kloosterdorp Steyl in Noord-Limburg. Deze is oorspronkelijk gesticht voor de bekering van China. Later waren ze ook werkzaam in vele andere missiegebieden. Zijn werk kende een enorme groei en zijn congregaties breidden uit over alle werelddelen. In het jaar 1909 dat Arnold Janssen stierf en begraven is in Steyl, leefden en werkten er meer dan 1500 priesters, broeders en zusters in China, Italië, Argentinië, Oostenrijk, Brazilië, de Verenigde Staten, de Filipijnen, Chili, Japan en Papoea-Nieuw-Guinea. Nu tellen ze tezamen meer dan 10.000 leden in 69 landen. Al snel brachten en stuurden de uitgezonden missionarissen curiosa en andere voorwerpen uit allerlei culturen en volken naar het klooster in Steyl. Ook de verzamelde zaden, levende planten (voor Jochumhof) en dode dieren wisten hun weg naar Steyl te vinden. In 1931 werd het Missiemuseum opgericht door de congregatie van Missionarissen van Steyl. De broeder Berchmans is sinds die tijd bezig geweest om het museum met een volkenkundige en natuurhistorische collectie in te richten. Eenmaal binnen in het Missiemuseum Steyl stap je in een wonderlijke wereld. Kunst- en gebruiksvoorwerpen, beelden van christelijke en andere religies. In de metershoge en diepe vitrines staan maar liefst 1500 opgezette dieren, van Dwergmuis tot Giraffe, duimgrote Kolibrie tot de Vale gier, Komdodovaraan tot Griekse landschildpadje. Een andere zaal zijn de wanden bekleed met insectenkasten met daar in de meest bizarre en kleurrijke insecten: 1100 vlinders, 1300 kevers en andere geleedpotigen van de hele wereld verzameld. Hoe ze allemaal aan die dieren zijn gekomen zal ik even niet over beginnen maar weet zeker dat ze niet vrijwillig hierheen zijn gekomen om voor het hoge water te vluchten. Hoe dan ook, al die dieren bij elkaar vormen een verstilde versie van de Ark van Noach. Na de Tweede Wereldoorlog vond in veel Nederlandse musea reorganisaties plaats waarbij kleine onderdelen van de collectie centraal gesteld werd. Overbodige voorwerpen, die niet van pas kwamen in het verhaal, verdwijnen in de depots. Dit gebeurde niet in Steyl. Stijl en indeling zijn sinds 1931 gelukkig niet veranderd en is daardoor de oude vorm behouden gebleven. Het museum ademt de sfeer uit van een museumpresentatie zoals die eind 19de en begin 20ste eeuw gangbaar was. Het meest bijzondere van het Missiemuseum Steyl zelf is dat het zo een museum in een museum geworden. Je kunt niet alleen veel voorwerpen en bijzondere dieren zien maar je krijgt vooral ook een idee van de waanzinnige, vanuit nieuwsgierigheid geboren, verzamelwoede in de tijdsgeest van die periode. Deze tijdscapsule vind ik een echte aanrader voor iedereen die zich graag wilt laten verbazen via deze stille glazig ogende "missionarissen" van onze bedreigde wereldse (dieren)rijkdom.