Onsterfelijke Merel.

0
417

De Merel (Turdus merula) is zo'n eenvoudige verschijning in
je tuin dat je er nauwelijks bij stilstaat dat dit vroeger heel anders is
geweest.
Rond 1850 werd de Merel gezien als een schuwe lijsterachtige
die in de grote bossen zijn optrekje had. Hij stond tevens bekend als een vrij
algemene doortrekker in oktober en maart. ’s Winters was hij nog steeds in het
land en dan riskeerde hij alleen om bij hevige sneeuwval de wooncentra te
benaderen. Als de winters echter niet van al te grote strengheid getuigden,
bleef hij volledig afgezonderd in zijn bossen. Op het einde van de 19e eeuw
sluipt hij steeds dichter naar de woonsteden der mensen toe. In het begin van
de twintigste eeuw wordt hij pas gezien als ‘door eenieder gekend’. Tegenwoordig
leven veel Merels op alle mogelijke plaatsen, alle mogelijke bossen met een
strooisellaag, tuinen, parken en boerenland met grote heggen. Ze bevinden zich
daar vaak op grasvelden of in het struikgewas. Ze behoren tot de talrijkste
bezoekers van tuinen en voederhuisjes. En broeden zelfs op balkons van flats.
Ze hebben zich ook uitzonderlijk goed aangepast aan het moderne stadsleven. Ze
kunnen het hele jaar door op het grasveld worden gesignaleerd. Ze kunnen in
tuinen wel eens zeer vertrouwelijk worden en bijvoorbeeld broodkruimels van
tafel komen eten terwijl op één à twee meter afstand mensen zitten. Sinds 1930
hebben de Merels bijvoorbeeld zich aan de Engelse steden aangepast op het vaste
land gebeurde dit al iets eerder. De menselijke omgeving levert hen namelijk
veel gemakkelijker voedsel op dan welk bos dan ook. In de Benelux is de Merel
nu een standvogel en een zeer talrijke broedvogel. Hij heeft een grote
esthetische waarde gekregen, omdat hij vaak de enige echt zingende zangvogel is
in de stedelijke omgeving.  Op 11 juni
1968 nam een van de Beatles het liedje Blackbird op in hun Abbey Road Studio in
Londen. In dat nummer is naast Paul McCartney ook een zingende Merel te horen.
Deze is ook bij de Studio in het hartje van Londen opgenomen. De vrouwelijke fans zwijmelen en zo heeft deze Merel
zich met zijn gewaarderde zang onsterfelijk gemaakt.