Lord of the rings.

0
487

Het is nog vroeg en we staan te kijken op de oever van een oude maasmeander in de stad Roermond. De Grauwe ganzen (Anser anser) zwemmen in het water en met oud brood proberen we ze op de oever te lokken. Sommige geringde ganzen zien ons liever gaan dan komen. De eerste hongerige jonge onervaren ganzen komen voorzichtig op de oever en dan komen toch ook de ouders.

Eenmaal de grauwe familie op de oever proberen we ze steeds verder van het water te lokken. Het is goed dat we met een paar man en vrouw zijn. Voorzichtig snijden we ze de toegang tot het voor hun veilige water af  door een cirkel te maken en zijn zo zijn we echte ganzenhoed(st)ers. Er vliegt niks op dus de ganzenonderzoeker en ringer, Berend Voslamber, zet het vangnet op. Hij heeft daar echt routine in. Eenmaal klaar  mogen wij weer in actie komen. We drijven ze in ganzenpas richting het net en hebbes de levende buit is binnen.

Culinaire grapjes zoals: "Zet de oven alvast maar aan", passeren de revue. Het vangen van ganzen voor consumptie was vroeger een echt traditioneel ambacht, dat nu benut wordt voor wetenschappelijk onderzoek. Vroeger werden vogels dus ook ganzen alleen geringd met metalen ringen onder andere door het Vogeltrekstation Arnhem. Deze waren alleen af te lezen wanneer men de vogel had geschoten of op andere wijze in handen had. Vooral door jagers werden 10-15 % van de geringde ganzen teruggemeld. Later zijn de onderzoekers overgegaan op het merken van Ganzen met kleurringen of halsbanden met inscripties.

Deze zijn goed af te lezen met verrekijker of telescoop. Dit zorgde ervoor dat het aantal waarnemingen door enthousiaste ringaflezers spectaculair steeg. Het is duidelijk dat het merken met kleurringen het onderzoek enorm geholpen heeft. Bovendien krijgen we nu van eenzelfde individu nu veel meer waarnemingen, en kunnen we van levende gemerkte ganzen nu vaststellen of ze gepaard zijn en of ze al dan niet jongen bij zich hebben. Nooit eerder werden in Nederland zoveel Grauwe Ganzen geringd als in de zomer van 2009. Tussen eind mei en half juli werden 1024 Grauwe Ganzen met een donkergroene halsband en/of met een donkergroene pootring gemerkt. Het ringen  vond plaats in het kader van verschillende onderzoeksprojecten die tot doel hebben meer informatie te verzamelen over de in Nederland broedende ganzen. Het ringen met deze nekringen is voor de Grauwe ganzen echter geen levensverzekering. Ook deze kunnen worden geschoten tijdens het jachtseizoen en of de vergassingacties rond Schiphol. Onze gevangen Grauwe ganzen worden geringd, gemeten, gewogen en sommige krijgen nog een foto sessie. Je zou bijna zeggen waarom vliegen ze gewoon niet weg? De reden daarvoor is dat ze in de rui zijn. Veren zijn voor de vogel van levensbelang; het verenpak isoleert ze van de warme of koude buitenlucht, houdt ze droog en stelt ze in staat om te vliegen. Veren slijten echter, en daarom moeten vogels elk jaar opnieuw hun verenkleed vervangen door een nieuw. Deze rui verloopt niet bij elke vogel op dezelfde manier. Sommige soorten ruien alle veren één keer per jaar, anderen doen het in etappes op verschillende momenten. Veel vogels ruien hun veren gedurende een vrij lange periode, en niet allemaal op precies hetzelfde moment. Dat heeft als voordeel dat ze gedurende de hele rui kunnen vliegen, zij het met wat meer moeite. Alle vogels die voor hun voedselvoorziening afhankelijk zijn van hun vliegvermogen ruien op deze wijze. Ganzen echter zijn herbivoren, en zijn voor hun voedsel vooral aangewezen op hun poten. Eigenlijk brengen Ganzen het grootste deel van hun leven lopend door. Ze kunnen het zich daarom permitteren in één keer al hun vleugelveren te laten vallen.

Meteen begint er dan een nieuwe veer te groeien. Eerst groeit de zogenaamde bloedspoel uit, een soort buisje, fel blauw van kleur, dat uit de vleugel groeit.

Uit dit buisje komt dan weer de nieuwe veer tevoorschijn. Die nieuwe veer groeit met een snelheid van ongeveer zeven millimeter per dag, zodat na ongeveer vier weken de vleugels lang genoeg zijn om weer te kunnen vliegen. Tijdens de rui zijn de ganzen extra kwetsbaar en blijven ze altijd in de nabijheid van open water, zodat ze bij gevaar een goed heenkomen kunnen zoeken. Deze periode benutten ook onderzoekers om ze te ringen. Het is best een spannende bezigheid maar het mooiste moment is toch om de Grauwe gans weer los te laten. Het observeren, doorgeven en opzoeken van de ringgegevens kan beginnen!! De opluchting van de versgeringde en de Grauwe ganzen die de dans zijn ontsprongen zijn van hun lichaamstaal af te lezen. Maar pas op, wees op je hoede! Volgend jaar komt de "Lord of the rings" weer terug naar Limburg.