Lieslaars in de put.

0
541

De Moerputten is een schitterend tot voor kort zeer moeilijk toegankelijk natuurgebied nabij 's-Hertogenbosch. In het grijze verleden heb ik hier weken in dit gebied de vegetatie gekarteerd. Het heeft een grootte van 118 hectare. Het gebied is een van de weinig overgebleven laagveenmoerassen ten zuiden van de grote rivieren. De Moerputten bestaat uit veel verschillende terreintypen. Zo zijn er hooilanden, rietvelden, moerassen, open water en wilgenstruwelen te vinden. Door de lage ligging heeft vroeger een sterke veenvorming plaatsgevonden. Het veen was dik genoeg om te worden ontgonnen. Zo ontstonden twee plassen; de Lange Putten en de Moerput. Sporen van veen-ontginning zijn nog te zien in het landschap. Er zijn talrijke zogenaamde legakkers. Dwars door dit gebied loopt een spoorlijn die gebouwd is van 1881 tot 1887. Deze prominent aanwezige 600 meter lange spoorbrug door een plas de Lange Putten in de Moerputten werd in de volksmond het Halve Zolenlijntje genoemd. Er werd voor de schoenen-industrie voornamelijk leer en aanverwante artikelen over dit enkele -en dus 'halve'- spoor vervoerd. Pas eind 1890 reden er over deze brug dagelijks treinen tussen ’s-Hertogenbosch en (Lage Zwaluwe) Geertruidenberg. De lijn is tot aan de sluiting in 1972 altijd enkelsporig gebleven. Na volledige restauratie is deze brug onderdeel geworden van een nieuwe wandelroute. Dus dat was voor mij een moment om weer eens terug te gaan naar de Moerputten. Ik kwam ook dichtbij de plek waar het gebied, in het verleden, geen afscheid van mij wilde nemen. Bij de worsteling om mijn vege lijf te redden heb ik mijn lieslaars prijs moeten geven aan de zompige Moerputten. Met deze herinnering in mijn achterhoofd was het nu echt een genot om via knuppelbruggetjes, met schoenen, door het anders zo moeilijk toegankelijke gebied te lopen. Mijn dierbare lieslaars, met sok, heb ik helaas niet meer teruggevonden.