Daslook (Allium ursinum) komt voor in heel Europa (met uitzondering van het Middellandse Zeegebied), Klein-Azië, de Kaukasus, en in Siberië tot Kamtsjatka. Het is een vrij zeldzame soort in België en Nederland, maar waar die groeit staat hij soms massaal. Daslook is een kensoort voor de klasse van de eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond. De plant groeit bij voorkeur in schaduwrijke loofbossen met een humusrijke, vochtige, kalkhoudende ondergrond, zoals in de hellingbossen in het Mergelland van Zuid-Limburg. Verder komt de plant in de Hollandse en Zeeuwse duinen voor, zoals de duinen tussen Den Haag en Bergen. In sommige landgoederen zijn ze bewust aangeplant als stinsenplant. Zoals landgoed 'de Reehorst' in Driebergen (Utrecht) en in het noorden het 'Sterrebos' in Groningen komt het voor. In het voorjaar verschijnen eerst de 3-5 cm brede donker groene ovale en parallelnervige bladeren. Zelf vind ik de bladeren lekker om rauw of fijngehakt te gebruiken voor de salades en als smaakmaker in de soep. Ze hebben een bieslook-, uien- of knoflooksmaak. Hoewel Daslook smaakt zoals Knoflook, hou je er geen slechte adem aan over! In Duitsland is Daslook hergewaardeerd en wordt verwerkt in o.a. pesto, marinades, brood, boter en kaas. De plant bloeit van april tot juni. De zuiver witte bloemen hebben zes witte bloemdekbladen en zijn in losse bolvormige schermen gegroepeerd. De bloem bevat zes meeldraden en een driedelige stamper. Deze zijn omgeven door zes breed ovale bloemdekbladen. Als de plant in grote hoeveelheden bloeit loont het zich om ook honing te winnen van Daslook. In Hongarije in het gebied van het Mecsekgebergte wordt deze honing als bijzonderheid verkocht. In dorpen in en om dit gebergte worden eind maart of begin april daslook-festivals (medvehagyma-fesztivál) georganiseerd, waarbij Daslook in vele varianten verwerkt in de maaltijd worden aangeboden. Daslook is in Nederland een wettelijk beschermde plant en dus mag je de bladeren, bloemen en de bollen niet verzamelen. Een paar jaar geleden kreeg ik een klein wegkwijnend polletje Daslook van kennissen omdat ze gingen verhuizen naar een huis zonder tuin. Dit jaar is de Daslook voor het eerst eens uitbundig gaan bloeien en is bezig zich te vermeerderen. De groeiomstandigheden in onze tuin zijn blijkbaar beter. Waarschijnlijk kan ik volgend jaar de Daslook wat overvloediger gaan gebruiken. Veel inheemse planten van eigen bodem zijn helaas ondergewaardeerd voedsel. In 1554 beschreef de Vlaamse botanicus Rembert Dodoens reeds de goede eigenschappen van Daslook in zijn Cruydeboeck. Het boek was een hoogtepunt op het gebied van de geneeskunde in de 16de eeuw. Het was in die tijd gebruikelijk om alles in het Latijns te schrijven. Maar Dodoens verklaarde zelf aan Koningin Maria van Hongarije en Bohemen, die op dat moment de regentes van de Nederlanden was, waarom hij zijn Cruydeboeck in zijn moedertaal, het Vlaams, heeft geschreven. Hij was van mening dat kennis niet alleen bedoeld was voor een kleine groep intellectuelen. Hij stond erop dat de vergaarde kennis ook bereikbaar moest zijn voor het gewone volk.