Alles op een rijtje.

0
582


Surfend op de website van de gemeente Roerdalen lees ik dat ze de verharde
weg door het Nationaal park de Meinweg willen om toveren tot fietsstraat. In
het verleden is deze weg over een lengte van 6,5 km al afgesloten voor
gemotoriseerd verkeer maar voor bewoners die op het hoogplateau wonen, vergunninghouders,
land- en bosbouwverkeer zijn toegestaan. Een fietsstraat is een straat of weg
die ingericht is als fietsroute maar waarop tevens auto's zijn toegestaan. Dit
autogebruik wordt echter beperkt door het karakter en de inrichting van de
fietsstraat. Fietsers mogen er over de volle breedte van de rijbaan (in hun
eigen rijrichting) rijden. Op de Belgische fietsstraten is het niet toegestaan
om fietsers in te halen en auto's mogen hier sowieso niet sneller dan 30 km/h
rijden. Maar fietsers hebben hier niet het alleen recht dus hou gewoon rekening
met elkaar. De fietsstraten in Nederland zijn rood gekleurd. Vanwege deze
kleurverandering van het zwarte asfalt zal er een reconstructie van deze weg
plaats gaan vinden. Dat biedt niet alleen mooie kansen voor recreatie maar ook
voor de natuur.

Op mijn dasknelpuntenkaart staat een gedeelte van deze verharde
weg rood ingekleurd. Dat was voor mij ook de reden om eens even contact op te
nemen met de gemeente Roerdalen. Op mijn vraag: "Hebben jullie bij de wegreconstructie
van de verharde Meinweg (fietsstraat) ook rekening gehouden met
oversteekplaatsen van amfibieën (rode pijl) en dassen (blauwe pijl)?"
kreeg ik als antwoord: "Nee…., maar…. wanneer kunnen we je ophalen om
die knelpunten in het veld te bekijken?" Met dit daadkrachtig antwoord
rijden we een paar dagen later in de elektrische dienstauto het Nationaal park
de Meinweg binnen.

Als eerste keken we bij de bekende amfibieënpoel. Voor
Nederlandse begrippen is dit een unieke voortplantingspoel voor amfibieën. Van
de zestien amfibiesoorten die Nederland rijk is kun je maar liefst elf soorten
in deze poel aantreffen. Elk voorjaar en najaar worden hier wettelijk
beschermde amfibieën op de naast liggende verharde weg door verkeer doodgereden
waaronder ook de met uitsterven bedreigde knoflookpad (Pelobatus fuscus). Dit
probleem is al veel te veel jaren een doorn in mijn oog en de pijn wordt eindelijk
binnenkort verzacht. Ter plekke besluiten we om drie tunnels met geleiding aan
te leggen.

Bij het volgende pijnpunt, 250 meter verderop van de verharde
weg,  met een duidelijke dassenwissel wordt
voorzien van een dassentunnel. Om kracht bij de afspraak te zetten wordt ook hier
meteen de lengte opgemeten van de tunnel die nodig is. De inmiddels bekende
spuitbus wordt ter hand genomen! Ondanks dat de weg "officieel" afgesloten
was voor verkeer zijn er toch bij mijn weten een paar dassen (Meles meles) op
deze locatie doodgereden. Niet alleen dassen maar ook ree (Capreolus capreolus)
en wild zwijn (Sus scrofa) maken dagelijks gebruik van deze duidelijke
dierenwissel. Vanwege het mede gebruik van deze laatste twee grote zoogdieren en
de vrij lage verkeersfrequentie wordt besloten om hier geen dassenraster te
plaatsen. Dassen zijn van nature onderzoekend van aard en lopen graag door
tunnels dus ik ga er vanuit dat ze deze snel vinden. Door deze tunnel te
gebruiken kunnen ze nu zelf de keuze maken voor het leven. Mochten er toch
verkeersslachtoffers vallen dan kan er alsnog een stuk dassenraster geplaatst
worden. Terwijl we bezig zijn hoor ik bij toeval dat ook de twee wildroosters (zwarte vierkantjes op het kaartje) die
verderop in verharde weg liggen op het hoogplateau veranderd moeten worden. Nu
we toch hier klaar zijn gaan we die ook even bekijken.

Deze wildroosters zijn in
het verleden hier in de weg gemaakt om wilde zwijnen uit het landbouwgebied te
weren en om het "bestemmings"verkeer ongehinderd door te kunnen laten
rijden. Naast het wildrooster zie je het wilde zwijnen raster staan die onder
stroom staat. Naar mijn idee kan deze ingerasterde kleine landbouw enclave
beter terug worden gegeven aan de natuur en toegevoegd worden aan het Nationaal
park de Meinweg. Dat zou voor het gebied op allerlei fronten veel knelpunten
oplossen! Maar ja, zolang dat niet gebeurd moet je roeien met de riemen die je
hebt. De meeste wildroosters staan bekend als echte "moordkuilen".
Onder het rooster zit namelijk een diepe kuil en als een klein zoogdier, kikker,
pad of salamander tussen het rooster valt lukt het deze dieren meestal niet om
uit deze moordkuil te kruipen. We gaan ook even kijken bij de andere
wildrooster.

Hier zijn de vlijtige werklui aan het werk. Even worden hun
werkzaamheden onderbroken en ontstaat er een levendige discussie hoe we de
wildroosters diervriendelijker en zonder verdere extra kosten kunnen maken.  De
tekening wordt ter plekke in het "heetst van de strijd" een beetje
aangepast. Mooi hoe iedereen op zijn eigen vakgebied meedenkt tot een oplossing! Inmiddels zijn we weer een maand verder. Via de mail word ik op de hoogte
gehouden over de vooruitgang van de faunavoorzieningen. Tijd om even te gaan
kijken.

De dassentunnel ligt al onder het asfalt. En dat ziet er prima uit. De hoeveelheid
wilde zwijnen prenten die op de dierenwissel en bij de tunnel te zien zijn
geeft aan dat deze ingreep voor deze diergroep geen nadelige gevolgen heeft. De
afwerking van de dassentunnel laat nog even op zich wachten maar dat komt ook wel
goed.

De wildroosters zijn inmiddels ook klaar voor gebruik. Als een amfibie of
andere kleine zoogdieren, insecten tussen het rooster vallen kunnen ze altijd
van twee zij uitgangen de voormalige moordkuil verlaten (zie rood lijntje). De
voorgestelde en toegepaste aanpassing heeft verder geen extra geld gekost en de
dieren die tussen het rooster vallen kunnen nu in de toekomst zonder problemen
zelfstandig uit de kuil kruipen. Deze eenvoudige maatregel is toepasbaar bij
alle vee-/wildroosters die in het Nationaal park de Meinweg aanwezig zijn. In een gebied dat landelijke bekendheid heeft vanwege zijn rijkdom aan herpetofauna  kun je zo'n moordkuilen toch niet tolereren?  Bij deze een
mooie taak om het aanpassen van moordkuilen op de agenda te zetten van het
Overleg orgaan van het Nationaal park de Meinweg.  Het is een kleine bijdrage
aan het diervriendelijk maken van een wildrooster. Maar het verschil is voor
het getroffen slachtoffer een kwestie van leven of dood gaan. Bij het volgende plaatje heb ik me even
verplaatst in een klein diertje en bij deze nieuwe situatie zie ik, vanuit mijn
dierenoogjes, gelukkig een mogelijkheid om de ontsnappen uit mijn hachelijke
situatie.

Niet alleen wildroosters in het Nationaal park de Meinweg maar in
alle natuurgebieden, waar begrazing plaats vindt en of grofwild binnen de hekken
moeten blijven, zou men deze wild/veeroosters eens beter onder de loep moeten
nemen.

De echte actie is nu bij de amfibieënpoel. Vanaf een afstandje zie ik twee
kranen die druk bezig zijn om de gleuven door het weglichaam te maken vlak de
bekende poel die je aan de linkerkant ziet liggen. Vanwege allerlei nutsleidingen
moeten de tunnels dieper aangelegd worden dan ik zelf in gedachte had. Maar daar
heb ik verder geen problemen mee en vindt het prima zo. Bij elke stuk betonnen
buis die de grond in gaat staat iedereen vol concentratie te kijken.

Een voor
een gaan de buizen die in de berm liggen de gleuf in. Als de tunnel eenmaal op
lengte is gemaakt wordt deze onder de grond bedolven. Ik heb er de volste
vertrouwen in dat de gemeente Roerdalen, voordat het volgende amfibieëntrek
seizoen los barst, ook bij deze faunavoorziening de puntjes op de i zal zetten.
Dan kunnen de padden, kikkers en salamanders ongestoord veilig, via de tunnels
onder de weg door, van de ene poel naar de andere poel trekken. Het waren weer
twee zinvolle ochtenden. Met een tevreden gevoel ga ik weer naar huis nu alles
weer op dit rijtje (bijna) in orde is.