Storende fout in brief 36 van de Spinoza Briefwisseling
Wim Klever heeft in zijn – op de bij dit blog horende website gepubliceerde – artikel EEN CURIEUZE KWESTIE – HUDDE IN DISCUSSIE MET SPINOZA, VAN LIMBORCH, LOCKE, EN DE VOLDER [PDF] een voetnoot gewijd aan een kwestie die tot zijn leedwezen, tot heden nergens lijkt te zijn opgepakt. Het gaat om de redactie van EPISTOLA XXXVI aan Johannes Hudde. Daarin laat de Opera Posthuma Spinoza een onzin-passage schrijven over hoe ‘uitgebreidheid zonder uitgebreidheid’ niet te begrijpen is. Nee, dank je de koekoek! Zoiets knulligs kán Spinoza uiteraard niet geschreven – althans niet bedoeld – hebben en het moet daar dus gaan om een verschrijving van hemzelf, van de redacteuren van de OP of om een zetfout die aan hun oog is ontsnapt.
Graag neem ik op verzoek van Wim Klever die noot (17) in dit aparte blog op. In de hoop dat die wordt opgepakt door redacteuren van nieuwe briefuitgaven.
[Stan Verdult]