Er lijkt zich een nauwe band aan het ontwikkelen te zijn
tussen Spinoza en Lesbos. Ik bedoel dat het opvalt dat er steeds meer
Nederlandse cursussen over Spinoza op Lesbos worden gegeven. Daarover in een
volgend blog meer. Eerst wil ik het in dit blog hebben over een eerste, hoewel indirectere
associatie van Spinoza met Lesbos en wel via wat hij in de laatste paragraaf,
§4, van het Politiek Traktaat
schrijft over de Amazonen. De paragraaf uit de vertaling van Willem Meijer
plaats ik aan het eind van dit blog (is eenvoudiger, want die bestaat al
digitaal i.t.t. de vertaling van Karel D’huyvetters).
In de Griekse mythen werden de eilanden Taurus, Lemnos en
Lesbos door de Amazonen bewoond. Zij leefden zonder mannen en namen alleen
contact op met mannelijke buren als ze nageslacht wilden. Jongetjes baby’s
werden gedood, alleen meisjes opgevoed. Lesbos werd de naamgever voor de liefde
van vrouwen voor vrouwen: lesbische liefde. Zo genoemd daar de zevenhonderd
jaar voor Christus op het eiland Lesbos wonende dichteres Sappho, die talloze
minnaressen had en gedichten over vrouwenliefde schreef. *)
In die 4e paragraaf in het 11e hoofdstuk over de
democratie wil Spinoza nagaan waarom vrouwen van het bestuur zijn uitgesloten en
met name of dit vanuit hun natuur (hoe ze zijn) gebeurt of louter door
wetgeving. In het laatste geval zou dat kunnen worden gewijzigd, in het eerste
geval zou het een onveranderlijk gegeven zijn. Ik ga het niet nog eens
uitgebreid over Spinoza’s vrouwbeeld hebben en over deze 'zwarte bladzijde' in
zijn politieke filosofie. Daarover is al veel geschreven, ook op dit weblog.