“Trump: la victoire des "passions tristes" (la
colère, la peur, la haine, l'envie…).” Schreef André Comte-Sponville de dag na
Trumps verkiezingsoverwinning met termen vanuit de Ethica [cf.], maar zo ben je eerder bezig met moreel veroordelen
dan met begrijpend duiden, dunkt me.
Veel verder kom je met een analyse zoals Beth Lord die morgen
voor de Aristotelian Society in Londen gaat brengen onder de titel
“Disagreement in the Political Philosophy of Spinoza and Ranciere.” [Cf.] De tekst van haar toespraak die nog in ontwikkeling
is, staat al als PDF in te zien. Die toespraak is van vóór de overwinning
van Trump en die gebeurtenis of zijn naam komt in het stuk niet voor. Wel
gebruikt ze de Brexit als illustratief voorbeeld in haar stuk, waarin ze de
politieke filosofie van de Franse filosoof Jacques Ranciere afzet tegen die van
Spinoza. Ze toont aan dat we met Spinoza’s politieke filosofie fenomenen als de
Brexit (en, zo voeg ik toe, de verkiezingsoverwinning van Donald Trump) beter
kunnen duiden.
Zowel de Brexit als Trumps verkiezing wordt gezien als de
revolte van de leden van een zich achtergesteld en uitgesloten voelend bevolkingsdeel
tegen het politieke establishment dat hen niet hoorde en uitsloot. Trump
verwees er in zijn aanvaardingstoespraak expliciet op: “De vergeten mannen en
vrouwen van ons land zullen niet langer vergeten worden.” Het is retoriek, maar
in de meeste analyses wordt wel gesteld dat we hier te maken hebben met de
wraak van de werkloze blanke man die zich voelt als het lumpenproletariat, een
groep mensen die lange tijd genegeerd zijn, niet profiteren maar juist
slachtoffer zijn van de globalisering, achtergestelden en economisch
gefrustreerden die zich van de politiek buitengesloten ervoeren. Deze groepen
vonden een stem in Trump en gaven hem hun stem – in grote getale. Kortom, we
hebben te maken met een revolte van de uitgeslotenen: het deel dat geen deel had
presenteerde zich als het volk (het geheel).