De terugblik die ik woensdag schreef naar aanleiding van de bespreking die we met onze Spinoza Kring Limburg afgelopen maandag hadden in Aon de Wan in Maastricht, bood geen ruimte meer voor een onderwerp dat uitgebreid aan de orde was en dat mij hoog zit. Ik bewaarde het voor later, dat is nu.
Het gaat er mij in het volgende niet om zonodig “mezelf gelijk te geven”. Maar ik kreeg die avond wél een illustratie in situ van een gevaar waarop ik regelmatig heb gewezen. Al tamelijk vaak heb ik in blogs het risico aan de orde gesteld dat gelopen wordt met het achterwege laten van het vertalen van ‘res’ in 2/7s. Hierna leg ik de nadruk op de vertaling van Henri Krop, maar ook Corinna Vermeulen vermeed dat risico niet met te vertalen: “Zo zijn ook een modus van de uitgebreidheid en de idee van die modus een en hetzelfde…”. Wat ontbreekt is “een en hetzelfde ding”. Die genoemde modi zijn namelijk niet onderling hetzelfde, maar vormen samen één ding, dat nu eens zus (naar uitgebreidheid) dan weer zo (naar denken) bekeken kan worden. Dat is de denklijn.