Ooit, medio tachtiger jaren van de vorige eeuw, toen ik nog nauwelijks van Spinoza had gehoord en een burn out had tegen een depressie aan, was een van de boeken die ik met interesse las, Chassidische vertellingen van de joodse godsdienstfilosoof Martin Buber, waarvan een vertaling was verschenen bij Servire, een uitgever die ik overigens – ook toen – nogal wantrouw vanwege het hoge percentage uitgave met nogal zweefgehalte (teveel Deepak Chopra e.a.). Ik heb het echter altijd wel een verrijking gevonden dat ik aldus iets over de Baal Sjem Tov en het ontstaan van het chassidisme te weten kwam.
Voor volgende maand, maand immers van de ziel, heeft Bijleveld van Martin Buber op de rol: Wijsheid en bezieling. Hoogtepunten uit de mystieke wereldliteratuur. Daarover schrijft de uitgever: “Martin Buber (1878-1965) geldt als een der belangrijkste denkers en godsdienstfilosofen van de moderne tijd. Zijn hoofdwerk Ik en jij wordt algemeen gezien als een hoogtepunt van eigentijdse mystiek. Zijn immense kennis van de spirituele geschriften en mystieke literatuur verzamelde Buber in Wijsheid & bezieling, een bloemlezing van de diepzinnige en soms extatische belijdenissen van de eeuwige menselijke zoektocht naar werkelijke bezinning.”
Over Buber en zijn enigszins ambivalente houding tegenover Spinoza moest ik nog altijd eens met een blog komen. Dit wordt dan de aanleiding. En het worden er meteen twee.