Ton Harmsen [dr. A.J.E. Harmsen, Leids historicus van de
Nederlandse literatuur uit de 16e tot de 18e eeuw] had
vrijdag op Neder-L een interessante column, getiteld “Handschrift van Spinoza’s klasgenoot
ternauwernood gered.”
Het gaat over het toneelstuk Philedonius (1657) van Franciscus van den Enden, in 1657 gedrukt,
waarvan nog twee exemplaren bewaard gebleven waren, maar waarvan er een, het
exemplaar uit de UB van Amsterdam, weer spoorloos verdwenen is. In dat exemplaar waren, in het
handschrift van de hoofdrolspeler Cornelis van Vlooswijk, de letterlijke
vertaling in het Nederlands (mogelijk van zijn hand); en een gedrukt
programma-affiche met de korte inhoud van alle 21 tonelen mee gebonden.
De ‘redding ternauwernood’ slaat op het feit dat Frank
Mertens voor zijn website over Van den Enden foto’s van het Amsterdamse handschrift
had gemaakt, zodat we in ieder geval die nog hebben.
Graag verwijs ik hier naar die column.
Het stuk roept de filosofische vraag op: kun je een handschrift
d.m.v. foto’s redden?
Flyer van Philedonius, gefotograard door Frank Mertens van UBA O-60 4441