Deze dagen ben ik nogal met G.E. Lessing’s Spinozisme bezig. Daarover is best veel studie gedaan. Alles bij elkaar is dat teveel en een te groot onderwerp om even in een blog te behandelen. Ik kies ervoor om af en toe een blogje te wijden aan iets wat mij in het bijzonder opviel of over wat ik meen van Lessing te kunnen leren. Zo “ontdekte ik voor de Spinozastudie” dat minstens een deel van dit gedicht al in 1752 verscheen. In het blog over dit gedicht schreef ik via P.J. Buijnsters (zie noot in dat blog) op basis van hetgeen Paul Vernière, Spinoza et la pensée française avant la révolution, zou hebben meegedeeld:
“Hij [De Bernis] was al in 1737 begonnen aan een groots opgezet leerdicht La Religion vengée, waarvan de vijfde zang uit 1739 geheel gewijd is aan de explicatie en bestrijding van Spinoza's leer. Weliswaar werd het totale werk pas in 1795 gepubliceerd, maar Bernis koos zelf zijn weerlegging van Spinoza als specimen van zijn kunnen, toen hij (anoniem) in 1767 te Londen zijn Oeuvres Complettes uitgaf. In een voorafgaand Discours sur la poésie citeerde hij de vijfde zang van zijn leerdicht (cf. Paul Vernière, Spinoza et la pensée française avant la révolution, T. II, Paris 1954, p. 430-435).”
Maar in 1752 verscheen bij A. Philibert, Oeuvres mêlées de Mr l'abbé de Bernis, en prose et en vers. Daarin moet het hele of minstens een deel van de vijfde zang, Le Spinosisme, al gepubliceerd zijn, want Gotthold Ephraim Lessing (1729 – 1781) besprak het in 1753 [zo las ik bij Detlev Patzhold, Spinoza, Aufklärung, Idealismus. Die Substanz der Moderne. Zweiter, erweiterte Auflage, Van Gorcum, 2002, blz. 90]
Mgr l'abbé de Bernis schreef in de Discours sur la poésie: