Irvin D. Yalom, de in Californië wonende schrijver en psychiater, althans emeritus-hoogleraar psychiatrie, schrijver van internationale succesboeken als 'Nietzsches tranen', 'De therapeut', 'Mama en de lessen van de ziel', 'Therapie als geschenk' en ‘De Schopenhauer-kuur’ is momenteel bezig met 'The Spinoza Problem.'
Bij ‘het Spinoza-probleem’ kun je aan van alles denken.
In de organisatiekunde kan het gaan over het – met taakverdeling – verbinden van instituties, tezamen met bepaalde vormen van coöperatie, conflict en communicatie. "A classic case of "the Spinoza problem": everything is and must be connected to everything else. There is no option to discuss some institutions in tandem," In: Andrew Kuper: Democracy beyond borders: justice and representation in global institutions. Oxford University Press, 2006, p. 140 (Spinoza komt precies slechts eenmaal voor in ’t boek; het 'must be connected' klinkt vreemd).
Zo zijn van Steven Nadler titels van artikelen te vinden als:
“Spinoza and the Problem of Jewish Secularism”
“Benedictus Pantheissimus: The Problem of Spinoza’s Reputation”, En is Steven Nadler op conferenties uitgenodigd om te spreken over “The Spinoza Problem” [The Solomon-Tenenbaum Lecture, University of South Carolina, September 2008 / Hendrix College and Jewish Cultural Center, April 2009 – hier op zijn CV-doc]
Het gaat dan over vragen als of Spinoza als de eerste seculiere jood kan worden gezien of niet.
Maar Irvin Yalom is bezig met de vraag:
Waarom hadden de Nazi’s een Spinoza-probleem?
Hij verwijst dan naar een document dat ontstond tijdens de voorbereiding van de processen van Neurenberg, waarbij ook de activiteiten van de Einsatzstab-Rosenberg werden onderzocht.
Nu net dit weekend las ik in het boekje Spinoza’s sterfhuis, hoofdstukje 8 “Het Spinozahuis onder de Duitse bezetting,” hoe de Einsatzstab-Rosenberg beslag legde op het Haagse Spinozahuis en het kostbare boekenbezit had laten wegvoeren.