Het is tamelijk lang geleden dat
ik weer een gedicht aan mijn verzameling Spinoza-gedichten, het
Corpus Poeticum Spinozanum, kan toevoegen. De meeste van die
gedichten achterhaalde ik door er actief en regelmatig naar op zoek
te gaan. Maar door de sterk verminderde mééropbrengst van mijn
tijdsinvestering (ik leek de meeste wel te hebben) ben ik mijn actief
speuren gestaakt en is het verder alleen van toeval afhankelijk of ik
nog een nieuw gedicht tegenkomen. Dat is het geval met het dichtwerk
van Charles Reznikoff dat ik vandaag op zoek naar andere zaken op
mijn pad tegenkwam.
Charles Reznikoff werd als kind
van Russische immigranten in de VS die door de tsaristische pogroms
van 1881 op de vlucht sloegen, in het New Yorkse Brooklyn geboren –
zoals hij het zelf later beschreef: "in the Jewish ghetto of
Brownsville". Als kind maakte hij de strijd om immigratie van
velen van zijn familieleden mee, hetgeen samen met zijn eigen vaak
schokkende antisemitische ervaringen op straat belangrijke thema's
werden in z'n hele werk, b.v. Testimony: The United States
(1885-1915) waarin hij –
gebaseerd op rechtbankverslagen – de zwarte ervaring in de VS
beschreef. Hij studeerde journalistiek aan de universiteit van
Missouri in 1910 en rechten aan de New York University Law School,
waar hij als 2e van zijn klas in 1915 afstudeerde.
Samen met Louis Zukofsky en
George Oppen vormde hij in de begin 1930-iger jaren de Objectivist
Press [zie meer daarover in dit blog
over Zukofsky]
Vanaf 1918 kwamen in 60 jaar van
hem uit: 19 dichtbundels uit, drie verhalen, vele vertalingen,
alsmede historische en redigerend werk – m.n. de Eichmann-papers en
de Neurenberger processen. Gedurende zijn laatste jaren hield hij
zich erg bezig met de Holocaust (1975)